De stroom die vreugde geeft aan de Stad van God (1)
In de hele Heilige Schrift vinden we een rivier die stroomt vanuit het centrum van de Stad van God. Deze rivier is al vertegenwoordigd in de Hof van Eden: “Uit Eden stroomt de rivier die water geeft aan de tuin; hij splitst zich in vier armen“ Gen 2,10
Aan het einde van de Bijbel vinden we het nog een keer: “Toen toonde mij de Engel de rivier met het water des levens, helder als kristal, die ontwelde aan de troon van God en van het Lam“ (Openbaring 22: 1). De Psalmen zingen over deze rivier: “Er is een rivier waarvan de stromen vreugde brengen in Gods Stad, het heiligt de woning van de Allerhoogste” (Psalm 46: 4).
De profeet Ezechiël had ook een visioen waarin hij zag dat er een stroom voortkwam van de oostzijde van de Tempel en stroomde naar buiten om het land water te geven. Deze rivier brengt leven overal waar hij stroomt, het wemelt er van dieren. De zee zit vol vis, want de rivier die erin uitmondt, maakt het water gezond. Overal waar hij stroomt is volop leven.
De Heilige Schrift en de Traditie spreken beide op consequente wijze over het Paradijs, de Tempel in Jeruzalem, en de hemel als wijzend op de toestand van mensen en Engelen die er samen leven in gemeenschap met God. Daarom kan men rustig aannemen, dat het beeld van de rivier, die genoemd wordt in deze verschillende teksten, verwijst naar een en dezelfde werkelijkheid.
Vanuit deze Schriftteksten komt de betekenis van de schijnbaar incidentele opmerkingen door de H. Johannes aan het licht: “Een van de soldaten doorstak zijn zijde met een lans; terstond kwam er bloed en water uit”. Joh. 19, 34
De H. Johannes had vroeger het Lichaam van Christus als de Tempel herkend. Vgl. Joh. 2,21
Hier bovendien herkent hij de stroom die vreugde geeft aan de Stad van God en die vloeit vanuit de troon van God en het Lam, en die leven geeft aan de gehele wereld, als de stroom van de Goddelijke genade die vloeit vanuit het Hart van Jezus, geopend voor ons in Zijn offer aan het Kruis.
Die ene stroom, voortvloeiend uit de zijde van Christus is een rivier die de gehele schepping heiligt, zoals het schitterend uitgedrukt wordt in een strofe van de hymne die in de Liturgie van Goede Vrijdag te vinden is:
Bitter gal en rietstok beide,
speeksel, spijkers, felle speer,
doen zijn teder lichaam lijden,
bloed en water stroomt terneer.
Wat voor stroom komt u bevrijden,
aarde, zee en sterrenheer!
Het Boek Genesis wijst op een zeker kenmerk van deze stroom dat van bijzondere betekenis is. Er staat geschreven dat deze ene rivier zich splitst in vier armen als het de Tuin van Eden verlaat. Vgl. Gen. 2,10 Deze passage uit het Boek Genesis is verschillend geïnterpreteerd door de eeuwen heen. De H. Augustinus zag dat het Paradijs de Kerk voorstelt, en de vier stromen die uit de Kerk stromen om de gehele aarde te drenken zijn de vier Evangelies.
Anderen hebben gezien dat de vier stromen, begrepen in relatie tot het morele leven van de mens, staan voor oprechtheid, verzoening, licht en vroomheid. Weer anderen hebben ze geïnterpreteerd als symbolen van de vier hoofddeugden: gerechtigheid, standvastigheid, voorzichtigheid en matigheid.
Uit deze verschillende interpretaties zien we dat dit Bijbelse beeld kan worden begrepen als de stroom van de genade van Christus. Wanneer deze in de schepping overgaat, verdeeld hij zich in een viervoudige genadestroom. In navolging van de traditionele manier van interpretatie van deze reeds genoemde stromen, kunnen we ze ook beschouwen als de vier finaliteiten waarvoor een offer wordt aangeboden: aanbidding, dankzegging, eerherstel en smeekbede.
Dit is passend, aangezien de genade die uit de zijde van Christus vloeit de vrucht is van Zijn volmaakte offer aan het Kruis. Het enkelvoudige offer van Christus bevat deze viervoudige volheid, om alle lofprijzing, dankzegging, smeking en eerherstel te omarmen en te verheffen, die door mensen in eendracht met Hem wordt aangeboden. Nauw verwant aan deze vier vormen van opoffering zijn de vier geestelijke houdingen in het Werk van de Heilige Engelen: aanbidding, overweging, eerherstel en zending.
Dit zijn de fundamentele antwoorden van Engelen en mensen op al de genaden die voortvloeien uit het Kruis van Christus. Ze komen voort uit de viervoudige stroom die uit het Hart van Jezus vloeit, terwijl ze zelf een viervoudige stroom vormen waardoor de Engelen ons terug naar het Hart van Jezus willen leiden.