Engelen verrichten liturgische diensten
“Zijn de Engelen geen dienstbare geesten, uitgestuurd tot hulp van hen die de zaligheid zullen beërven?” Zo typeert de Hebreeënbrief de Engelen: zij zijn dienstbare geesten. De Griekse tekst zegt letterlijk: ‘Liturgische geesten”. Verschillende kerkvaders wijzen op de liturgische diensten die de Engelen verrichten bij priesters en diakens.
Theodorus van Mopsueste ziet ze als dienaren die de gaven bereiden: “Door de aanblik van de diakens die in de liturgie hun dienst verrichten worden wij herinnerd aan de onzichtbare Machten die bij de H. Mis optreden. Bedenk, dat de diakens deze onzichtbare Machten verzinnebeelden, die de offergave op het altaar leggen voor de voltrekking van het heilige offer”.
De indruk wordt daarin gewekt, dat alles wat de diakens en andere ministranten zichtbaar verrichten een weerspiegeling is van hetgeen onzichtbaar door de H. Engelen gebeurt, zoals de zichtbare priester de onzichtbare Heer vertegenwoordigt en Deze door hem werkt.
Bij de bewieroking van het altaar placht de priester vroeger de voorspraak in te roepen van de H. Michael “die aan de rechterzijde van het wierookaltaar staat”.
Het boek van de Openbaring van Sint Jan toont de H. Engelen in diverse liturgische functies: als dragers van schalen met reukwerk, als zangers van het hemelse koor, als gewapend met de bazuinen ter voltrekking van de Goddelijke raadsbesluiten.