Méér…

Méér…

Als katholieken moeten wij ons met standvastigheid bekleden, dat wil zeggen, met de kracht die van God komt, om ons in te zetten in de geestelijke strijd van onze tijd.

St. Paulus zegt dat we niet alleen vechten tegen mensen, maar tegen de gevallen engelenmachten. Om deze reden, is het in onze tijd noodzakelijk om de hand van de Heilige Engelen te nemen en met hen samen te werken in de strijd voor het Koninkrijk van God.

Aangezien onze strijd niet tegen vlees en bloed is, maar tegen de bedrieglijke krachten van de hel, moeten we leren om de geesten te onderscheiden. De Engel wil altijd dat we méér geven, niet dat we ons verstoppen achter onze stapeltje gebeden, die we met weinig of geen aandacht hebben gebeden, onze geestelijke afbeeldingen en ons comfortabele geestelijke leven van middelmatigheid, dat ieder ongemak of confrontatie probeert te vermijden, iedere opoffering of vernedering, of eisen om onze tijd of onze beurs.

Net zoals de Engel van Fatima die de kinderen ondervroeg, die gewoon als normale kinderen speelden, zo daagt hij ons ook uit om meer te doen:

“Wat zijn jullie aan het doen?! Bid, Bid heel veel! …maak van alles wat je kan een offer, en draag het aan God op als een daad van genoegdoening voor de zonden waardoor Hij wordt beledigd, en als smeekbede om de bekering van de zondaars. Vooral aanvaardt en verdraag met onderwerping het lijden dat de Heer jullie zal zenden!”

Als wij aan de zijde van de Heilige Engelen willen strijden, zullen we moeten leren om onze eigen wil los te laten en ons open te stellen voor de wil van God voor ons. We moeten leren om onszelf en om meer te geven, om alles wat God ons stuurt te aanvaarden. We moeten leren om te vergeven wat “onvergeeflijk” is en om een tweede mijl te gaan. Dan zal de kracht van God ons vervullen en ons voorwaarts doen gaan.

Dan en alleen dan zal onze geestelijk leven begint te branden en te stralen, te groeien en vruchten af te werpen.