Grote vreugde

De Engelen die in de beproeving trouw gebleven zijn, zien God van aangezicht tot aangezicht; ze worden verlicht door zijn licht; zijn intelligentie straalt in hen en ze worden verblind door zijn geheimen, zijn genaden, zijn grootsheid.
Voor elk schepsel met een geestelijke natuur is dit het absolute hoogtepunt van alle geluk, omdat het volledig terugkeert naar zijn Schepper, die zijn doel en reden van bestaan is. Elk verlangen van de geest wordt honderdvoudig vervuld. Het is een persoonlijke vreugde die onbegrensd is en met niets anders te vergelijken. Deze vreugde wordt versterkt door een extra gelukzaligheid: God verheerlijkt te zien door zijn eigen persoon. Hun vreugde is onvoorstelbaar.
Deze aanschouwing en deze gelukzaligheid maken hen tot heilige schepselen. Hun enige zorg is het verkondigen van de glorie en de liefde van de Schepper. Daarom zijn de Engelen ook de volmaakte aanbidders, overvloeiend van liefde en zelfvergetelheid, en die zelfs afstand zouden doen van hun geluk als ze daarmee de glorie van de Veelgeliefde konden vergroten.
Deze zorg voor de verheerlijking van God is een bron van extra vreugde voor de engelenwereld. Want hoewel het waar is dat de zaligheid van de Engelen al volledig is, neemt deze toch toe telkens als God op aarde verheerlijkt wordt!
De overwinning die Christus behaalde op de macht van de duisternis, de bekering van de zondaars, de overwinningen van de heiligen en martelaren begeesteren de Engelen en zetten hen aan om de mensheid met al hun krachten te helpen in haar strijd tegen satan.