De lofprijzing van St. Rafael (2)

Geheimen van de koning behoort men te bewaren, maar de daden van God dienen openlijk geroemd te worden.

Als we dit voor ons dagelijks leven omzetten, zou je kunnen zeggen: roddel en geklets hebben geen genezende werking.  Maar we moeten datgene wat wij uit Gods woorden hebben geleerd, met elkaar delen. Onze gesprekken zouden positief moeten zijn.

Doe het goede, dan zal geen kwaad u treffen.

De Aartsengel roept ons op om het goede te doen, dan zal ons geen kwaad treffen. Dat is echt een engelachtige boodschap, omdat hij als schepsel van het stralende licht weet, dat in deze lichtschijn het boze geen ingang kan vinden. Als wij goede werken verrichten, heeft de boze geen plek. Dus om genezen te worden, moeten we het goede doen.

En dan vult de Aartsengel aan: Beter gebed samen met waarheid en aalmoezen samen met rechtvaardigheid dan rijkdom samen met onrechtvaardigheid.

We moeten ons gebed met de waarheid verbinden. Het heeft geen zin om te bidden: Heer, geef ons vrede! En dan ga ik heen en ben verontwaardigd en sticht onvrede in mijn omgeving.

Aalmoezen geven koppelt de Engel samen met rechtvaardigheid. Nu moeten we aalmoezen niet alleen zien als het geven van geld, maar we zouden als mensen gul moeten zijn, vrijgevig. Ieder die met anderen heeft gedeeld, heeft de ervaring gemaakt dat het hem zelf goed doet. Dat in feite hij zelf meer ontvangen heeft. Het is iets wat onszelf geneest.

Aalmoezen redden van de dood, ze reinigen van alle zonde.

Degene die gul geeft, heeft een levenshouding die voor de zonde bewaart. De reiniging van onze zonden is iets wat heel belangrijk is voor onze genezing.

Alles wat ons bedrukt en een last voor ons betekent, zouden we in de biecht moeten bekennen en de vergeving van God ontvangen. Dat is een van de belangrijkste middelen voor onze genezing.

Als wij mensen dus gezond willen worden, zegt de boodschap van St. Rafael ons duidelijk wat wij moeten doen. Natuurlijk moeten we ook naar de dokter gaan, maar we mogen niet vergeten, zoals de naam Rafael ons in herinnering roept, dat wij God in ons leven moeten roepen, want Hij is degene die ons geneest naar ziel en lichaam.