Het Derde Geheim: een overzicht in samenhang
Het Derde Geheim kan echter niet in een paar korte zinnen worden samengevat zoals de eerste twee, want het is veel complexer en gedetailleerder dan de andere twee.
In feite kan men zeggen dat het Derde Geheim zelf, ook al is het door Zr. Lucia in één grote paragraaf opgeschreven, in feite drie andere geheimen bevat. Laten we, om de betekenis van het Derde Geheim goed te begrijpen, in gedachten houden dat het ook een integraal onderdeel is van het panoramische visioen dat de Heilige Moeder op 13 juli l917 aan de drie kinderen gaf.
Deze boodschap of dit geheim heeft ook betrekking op het ambt van de Engelen. Daarom mogen we ook hopen onze kennis en liefde voor de Heilige Engelen te verdiepen. Wij hebben hier de gelegenheid hen te beschouwen als dienaren door wie God zijn Goddelijke voorzienigheid ten uitvoer brengt.
Deel 1 van het derde geheim: Een Engel met een vlammend zwaard
Laten we dus nu beginnen het Derde Geheim systematisch te onderzoeken door elk deel ervan te bekijken zoals het werd ontvouwd aan Zr. Lucia in het laatste deel van het visioen. Daarna zullen we de opmerkingen bestuderen die kardinaal Ratzinger maakte over de betekenis van wat werd geopenbaard.
Zr. Lucia verklaart dat zij zag: “Een Engel met een vlammend zwaard in zijn linkerhand; flitsend gaf het vlammen af die de wereld in brand leken te steken; maar ze doofden uit toen ze in contact kwamen met de schittering die Onze Lieve Vrouw vanuit haar rechterhand naar hem [dat is de Engel] toe straalde: [En toen]met zijn rechterhand wijzend naar de aarde riep de Engel met luide stem: ‘Boete, Boete, Boete!'”
Kijk eens hoe de Engel, met een vlammend zwaard in zijn linkerhand, met zijn rechterhand naar de aarde wijst en tegelijkertijd de woorden “Boete, Boete, Boete!” roept om, zo lijkt het, de grote noodzaak en het belang van boetedoening in de huidige zondige wereld te benadrukken.
Het visioen van de Engel met het vlammende zwaard doet ons dus denken aan de Cherubijnen met het “vlammende, wentelende zwaard” (Gen. 3,24) die de Heer aan de poorten van de hof van Eden plaatste om de Boom des Levens te bewaken nadat Adam en Eva uit het Paradijs waren verdreven.
Bovendien kan het visioen dienen om ons te herinneren aan de Engelen met de toornschalen, die voor ons in het boek Openbaring tot in detail worden beschreven, en die in de eindtijd door de Heer zullen worden aangesteld om de wereld te straffen voor haar zonden (zie hoofdstuk 15-16 van het boek Openbaring).