Één en al oog
Hoe kunnen onzichtbare wezens zich openbaren wie ze zijn?
Door te verschijnen in symbolen gehuld. Door deze beeldspraak, kunnen wij hun wezen, hun opgaven beter leren ontdekken.
Er zijn veel teksten in de Heilige Schrift waar de Cherubijnen worden genoemd. Zij hebben twee opmerkelijke kenmerken: hun ogen en hun vleugels.
Ze worden beschreven dat zij “vol ogen zijn, binnen en buiten”. Wat wil dit zeggen?
De H. Thomas van Aquino ziet hierin hun viervoudige opgave:
- Ze hebben ogen naar binnen: zij zijn één en al oog voor God alleen! Van Hem ontvangen ze onophoudelijk hun kennis en wijsheid. Méér dan alle andere schepselen, Engelen of mensen, omdat zij altijd vóór Gods troon staan.
- Een en al oog voor God: dat drukt ook hun grote ontvankelijkheid uit. Ze zijn altijd open voor God en voor al hetgeen Hij hen wil meedelen.
- Zij hebben ogen naar buiten: zij beschouwen ook onophoudelijk de grootsheid en majesteit van Gods werk in heel de schepping.
- En ze zijn tevens vol waakzaamheid en attentie, voor alles wat in de schepping gebeurt. Want zij zijn de wachters aan Gods troon.