Trouw aan de Kerk
Ieder lid van de Kerk is geroepen om de Heilige Vader, onze bisschoppen en priesters niet te bekritiseren, maar te bidden, te offeren en te steunen. Want zij dragen een grote waardigheid en een zeer hoge roeping in de Kerk omdat zij bij hun wijding “gelijkvormig aan Christus” zijn geworden.
Het eerste kenmerk van de heilige Engelen is trouw:
zij bleven in de duisternis van beproeving trouw aan God en Zijn Goddelijk plan. Zo zijn ook wij in het Werk van de Heilige Engelen geroepen om trouw te zijn aan God door Zijn Kerk en Zijn vertegenwoordigers in haar te respecteren en lief te hebben, zonder kritiek te leveren.
Het is toch zeker niet onze bedoeling om de Kerk, die onze Moeder is, zelf te treffen, maar altijd alleen de menselijke zwakheden, dat al te menselijke element in de opvolgers van de heilige apostelen.
Toen de Heer de Twaalf koos, zag Hij duidelijk genoeg hun mislukkingen, ja, misschien ook hun ellende. En desondanks maakte Hij hen tot de hoekpilaren van Zijn Kerk en verwisselde Hij slechts één van deze twaalf hoekpilaren. Maar wat een heerlijke hoekpilaren werden deze grove mannen!
Onze kracht om de eenheid van de Kerk te versterken ligt bovenal in het voorbeeld dat wij aan anderen geven…. Onze kracht ligt in de zuiverheid van ons eigen hart, waaruit woorden en daden voortkomen – in overeenstemming met ons hart.
Wij versterken de onverwoestbaarheid van de Kerk door ons leven, niet door om ons heen te slaan of elke kansel te beklimmen, maar veeleer doordat de genade steeds meer door ons heen de wereld in straalt!